Ga verder naar de inhoud

Geboren in Llanidloes (Engeland), 1915. Studies bij Désiré Defauw, Paul Gilson en Oscar Espla. Musicus-modulator bij de Belgische Radio en Televisie (Vlaamse omroep).

Als zoon van de schilder Gustave van de Woestijne en als neef van Karel van de Woestijne, een der grootste Vlaamse dichters, komt de componist David van de Woestijne ons tegemoet als een joviaal en openhartig man, met een soort luimige vrijmoedigheid die soms aan Uilenspiegel herinnert. Tevens een kunstenaar die met de filosofie der ironie de dingen van alledag laat voltrekken zonder dat deze hem beroeren.

Men heeft gemeend, hem een neo-classicus te moeten noemen. Hierbij denkt men wellicht aan de soberheid van zijn componeerstijl waarin alles direct gericht is op nauwkeurig evenwicht en absolute logica in de constructie. David van de Woestijne is echter eerder een zeer complexe figuur, een der zeldzame Vlaamse componisten die in staat bleek de grenzen van een te enge geslotenheid te doorbreken en muziek van internationaal niveau voort te brengen. Weliswaar heeft hij onder de invloed van Strawinsky gestaan, zoals bijvoorbeeld bij het schrijven van zijn Concertino voor viool en twaalf instrumenten. De componist geeft dit zèlf trouwens toe. De helderheid en rationele schrijfwijze van de grote voorman der hedendaagse muziek hebben David van de Woestijne toentertijd zeer sterk aangetrokken. Daarna kwam stilaan de onbewuste drang, zich hiervan te ontdoen en door het creëren van nieuwe werken tot de ontdekking van zichzelf te komen. Zijn bijna aangeboren zin voor klankrealisme, zijn afkeer van elk effect en de beheerste lyriek van zijn taal konden zicht tot een meesterlijk geheel verenigen in zijn cantate La belle Cordière naar sonnetten van Louise Labé. In deze compositie wist David van de Woestijne een volkomen intensiteit en evenwicht tussen vorm en muzikale uitdrukking te bereiken.

Voor hem blijft de muziek tenslotte een element dat een zekere orde schept in de verhouding van de mens tot zijn tijd; een klankrealisatie die voldoende betekenis en schoonheid heeft, zodat iedere literaire uitleg eigenlijk overbodig is.

Belangrijke werken
1. Orkestraal: Symfonie; Concerto voor orkest; Concerto voor viool en kamerorkest; Serenades voor klavier en blazersensemble; Ballade voor piano en orkest.
2. Vokaal: La belle Cordière (voor sopraan en symfonieorkest, op tekst van Louise Labé).

CeBeDeM: David van de Woestijne, in: Muziek in België, Brussel, 1967, p. 81a, 149-150.